Dodelijk ongeval
Boete voor dodelijk ongeval met een voorzienbare hindernis
Een dodelijk ongeval veroorzaken heeft heel zware gevolgen. U riskeert in de eerste plaats een boete voor het niet tijdig stoppen voor een voorzienbare hindernis. Daarnaast kunt u ook veroordeeld worden voor onvrijwillige doodslag.
De interpretatie van de wet in de praktijk
Als bestuurder moet u uw wagen altijd onder controle hebben. Reed u in op een hindernis die u kon voorzien (een tegenligger, een paaltje …)? Dat bewijst het omgekeerde: u had uw wagen niet onder controle.
De wet is vaag en voor interpretatie vatbaar. Een duidelijke argumentatie is dus van kapitaal belang om uw boete zo laag mogelijk te houden.
Welke boete staat u te wachten?
Als u niet kunt stoppen voor een voorzienbare hindernis, dan gaat het om een overtreding van de tweede graad. U riskeert de volgende straffen:
- een geldboete van 160 tot 2.000 euro;
- een rijverbod van 8 dagen tot 5 jaar.
Jonge bestuurders (minder dan twee jaar houder van een rijbewijs) krijgen sowieso een rijverbod en moeten opnieuw een theoretisch of praktisch examen doen bij drie overtredingen in één jaar.
Uw boete wordt verdubbeld als u een tweede keer een ongeval veroorzaakt binnen de drie jaar.
Bijkomende straf bij gewonden
Bij een dodelijk slachtoffer, kan de rechter u bijkomend veroordelen voor onvrijwillige doodslag. De straffen hiervoor zijn:
- een gevangenisstraf van 3 maanden tot 5 jaar en/of;
- een geldboete van 400 tot 16.000 euro.
Verzachtende omstandigheden bij dodelijk ongeval
De rechter kan oordelen dat er sprake is van verzachtende omstandigheden. In dit geval kan de geldboete verminderd worden, zonder dat deze minder dan één euro mag bedragen. Als er zowel een geldboete als een rijverbod wordt uitgesproken, kan de rechter de geldboete verminderen met de kosten van de herstelonderzoeken en –examens en de erelonen van de geneesheer en psycholoog. De boete mag ook hier niet lager liggen dan één euro.
Om uw straf en uw boete zo laag mogelijk te houden, raadpleeg dan gratis één van onze topadvocaten.
Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg (Wegcode of Verkeersreglement)
Artikel 10.1
1° Elke bestuurder moet zijn snelheid regelen zoals vereist wegens de aanwezigheid van andere weggebruikers, in ’t bijzonder de meest kwetsbaren, de weersomstandigheden, de plaatsgesteldheid, haar belemmering, de verkeersdichtheid, het zicht, de staat van de weg, de staat en de lading van zijn voertuig; zijn snelheid mag geen oorzaak zijn van ongevallen, noch het verkeer hinderen.
2° De bestuurder moet, rekening houdend met zijn snelheid, tussen zijn voertuig en zijn voorligger een voldoende veiligheidsafstand houden.
3° De bestuurder moet in alle omstandigheden kunnen stoppen voor een hindernis die kan worden voorzien
Wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer (Wet politie wegverkeer of verkeerswet).
Artikel 29§1 derde lid
De Koning kan overtredingen van de reglementen uitgevaardigd op grond van deze gecoördineerde wetten die de veiligheid van personen onrechtstreeks in gevaar brengen en de overtredingen die bestaan uit het onrechtmatig gebruiken van parkeerfaciliteiten voor personen met een handicap of uit gedragingen inzake de inschrijving waardoor men zich aan vervolging kan onttrekken, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, als zodanig aanwijzen als overtredingen van de tweede graad. Deze overtredingen worden gestraft met een geldboete van 20 euro tot 250 euro.
Strafwetboek
Art. 418.
Schuldig aan onopzettelijk doden of aan onopzettelijk toebrengen van letsel is hij die het kwaad veroorzaakt door gebrek aan voorzichtigheid of voorzorg, maar zonder het oogmerk om de persoon van een ander aan te randen.
Art. 419.
Hij die onopzettelijk iemands dood veroorzaakt, wordt gestraft met gevangenisstraf van drie maanden tot twee jaar en met geldboete van vijftig euro tot duizend euro.
Wanneer de doding het gevolg is van een verkeersongeval dan bedraagt de gevangenisstraf drie maanden tot vijf jaar en de geldboete 50 euro tot 2000 euro.
Art. 420.
Indien het gebrek aan voorzichtigheid of voorzorg alleen slagen of verwondingen ten gevolge heeft, wordt de schuldige gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en met geldboete van vijftig euro tot vijfhonderd euro of met een van die straffen alleen.
Wanneer de slagen of verwondingen het gevolg zijn van een verkeersongeval dan bedraagt de gevangenisstraf acht dagen tot een jaar en de geldboete 50 euro tot 1000 euro.
Neem direct contact op
U kunt ons altijd bereiken op:
T: +32 (0)3 369 28 10
E: info@mijnboete.be
WhatsApp: +32 (0)471 74 26 27
Boete berekenen
Bereken uw verkeersboete met onze gratis tool of chat rechtstreeks met een van onze juridische medewerkers.
Onze reviews
Contacteer ons meteen
Contacteer ons snel voor gratis advies en bijstand. Gratis? Jazeker, lees het hier.