Team Mijnboete bekomt vrijspraak voor vastgestelde snelheidsovertreding

Mevrouw L. diende zich, tot haar grote verbazing, voor de Politierechtbank van Leuven te verantwoorden omdat het voertuig dat zij bestuurde werd geflitst aan een snelheid van ongeveer 70 km/u in een zone 30.

Zij betwistte deze overtreding echter van begin af aan. Zij kon zich namelijk op geen enkele manier herinneren aan deze hoge snelheid op die plaats en op dat ogenblik van de cameravaststelling te hebben gereden. Sterker nog, zij zou nooit een dermate hoge snelheid rijden in een omgeving waar de snelheid – om evidente redenen – is beperkt tot 30 km/u.

Ter zitting liet mevrouw L. zich bijstaan door één van onze gespecialiseerde advocaten, die na analyse van het strafdossier in de eerste plaats vaststelde dat de afgelegde weg tussen de twee momentopnames met een tijdsverschil van slechts één seconde, slechts 10 stoeptegels bedroeg. Dit stemt in werkelijkheid overeen met een afstand van ongeveer 2 m/s en omgerekend dus slechts ongeveer 7 km/u.

Aangezien het op basis van deze camerabeelden fysisch onmogelijk is om aan een snelheid van ongeveer 70 km/u te rijden, kon het volgens ons gespecialiseerd team niet anders dan dat het gebruikte apparaat -GATSO T-SERIES- op het ogenblik van de vaststelling een ernstig defect moet hebben vertoond dat tot deze foutieve vaststelling heeft geleid, zodat mevrouw L hoe dan ook diende te worden vrijgesproken.

Na raadpleging van een technisch expert ter zake, werd bovendien opgemerkt dat het gebruikte apparaat in deze omstandigheden niet op correcte wijze werd opgesteld en gebruikt. Een dergelijk apparaat is immers, omwille van de gebruikte radar-technologie, enkel geschikt om roodlicht- en snelheidscontroles uit te voeren als er een rechtstreekse zichtlijn is én bij voorkeur geplaatst is op een hoger statief.

In de huidige omstandigheden was op de camerabeelden duidelijk te zien dat het toestel op een zeer laag statief stond en dat er op het ogenblik van de momentopnames een ander (niet nader geïdentificeerd) voertuig bezig was met het achterwaarts verlaten van een oprit. Hierdoor had het apparaat mogelijk geen rechtstreekse zichtlijn meer en kon er dus geen correcte of betrouwbare meting uitgevoerd worden.

Niettemin liet de Politierechter de zaak uitstellen om hierover een bijkomende verklaring van de politiediensten te bekomen. Deze gaven uiteindelijk schoorvoetend toe dat één van hun collega’s zich moet hebben vergist. De gebruikte foto’s bleken naderhand slechts testfoto’s te zijn, die worden genomen tijdens het opstellen en uitlijnen van de mobiele camera. Mevrouw L werd daarom onterecht in overtreding genomen.

De Politierechter trad ons pleidooi bij en sprak hij mevrouw L voor de haar ten laste gelegde, zware snelheidsovertreding, vrij.

Heeft u vragen in verband met een vastgestelde snelheidsovertreding waarvan u de juistheid in twijfel trekt? Onze gespecialiseerde advocaten staan u graag te woord. Wij zijn telefonisch bereikbaar op het nummer + 32 3 369 28 10 of op het e-mailadres info@mijnboete.be.